VLEERMUIS!! (BOSRAND 1985)
‘Maaaaaaaaaaaaaaaaam, er vliegt wat door de gang, volgens mij is het een vogel!!!’ riep Angelique vanuit de gang. ‘Waar dan??’ zei mama terwijl ze aan kwam snellen en tegelijkertijd haar handen aan haar broek droogde. ‘Ja ik weet niet waar ie nu is, maar net vloog ie hier!’ zei Liek. ‘He godsamme’ zei mama een beetje geïrriteerd, ‘Ik heb net
m’n piepers op staan, laten we ff kritisch rondkijken dan..’
‘Oh ja daar gaat ie daar gaatie!’ zei Liek luidkeels. ‘Joh dat is geen vogel hoor, hij is zo zwart!’ zei mama nu toch heel nieuwsgierig. En daar kwam ie weer aan fladderen. Maar het
was net of ie uit de lucht kwam vallen, ineens was ie er en dan was ie weer weg. ‘Hup Liek, doe snel alle kamerdeuren dicht dan kan ie in ieder geval niet ergens anders heen vliegen!’
Liek rende naar achteren om eerst de keukendeur dicht te doen en mama naar voren om de grote kamerdeur te sluiten. Eén voor één werden alle deuren gesloten en gelijkertijd keken ze allebei om zich heen of het vogeltje ergens te bekennen was.’ Nou snap jij dat nou Liek? Zo zie je m en zo issie weg..’ Angelique liep naar de voorkant van de gang en zei ‘ ik ga toch es kijken of ie niet in de kamer zit’.
Terwijl ze door de gang liep keek ze ter hoogte van de grote klok naar links. Het was zo’n grote Big Ben klok waar Pa helemaal gek op was omdat ie bij ieder half- en heel uur een hoop lawaai maakte. Ineens zag ze m, ‘Maaaaaam hier zittie!! KIJK!’. Mama kwam aan
op een drafje en keek omhoog. ‘Grote God’ zei ze verbaast, dat is geen vogel,
dat is een vleermuis’! Mama keek even voor zich uit met een bedenkelijk hoofd
en dacht een tel na toen ze zei ’Blijf jij hier maar staan dan pak ik even het
trappetje, en dan draai ik meteen m’n gaspitten even laag’ .
Mama parkeerde het trappetje dusdanig voor de klok dat ze op ooghoogte was met het beestje. ‘Kijk je wel uit, kan je m zien, kan je m aaien??’ zei Liek vanaf onderaan het trappetje. ‘Nee uilekiek, ik kan m toch niet aaien! ‘zei mama met een grijns. Ze had een
theedoek meegenomen om de vleermuis op een slimme manier te kunnen pakken
zonder dat ze gebeten werd. Die beesten kunnen nog een nare ziekte onder de
leden hebben waarmee ze je kunnen aansteken.
Mama had de theedoek om haar hand gevouwen en probeerde heel langzaam dichterbij te komen zonder dat ie schrok. Maar toen het beestje die rood-wit geblokte schaduw dichtbij zag komen dacht ie vast ‘hoooooooooooooooo’ en hij begon luidruchtig te fladderen. ‘Godsamme’ zei mama nog es. ‘Hoe moeten we dat nou doen Liek, straks zit ie midden in m’n gezicht!’. ‘Je moet in een hoekje drijven om m dan te kunnen pakken eigenlijk’
zei Liek. ‘Ah’ zei mama, ik heb een idee, wil je anders even de zeef uit de
keuken pakken, je weet wel die grote met dat handvat!’. Liek spurtte naar de
keuken om de zeef te pakken, en vroeg zich bedenkelijk af wat ze nou met een
zeef moest. Maar ja mama had altijd goeie ideeën en gaf m aan haar.
‘Heb je het trappetje vast Liek?’ Ze wikkelde de theedoek om haar hand, en pakte de zeef
bij het handvat en plaatste m voor haar gezicht. ‘Dit moet wel lukken’ mompelde ze zachtjes terwijl ze weer heel langzaam dichter bij het donzen kleine beestje kwam. ‘Kiiiind wat ben je lelijk’ zei ze tegen de vleermuis, en ineens pakte ze m stevig vast. Geschrokken begon ie flink te protesteren en probeerde hij zich los te wrikken zodat er een perfect gekarteld vleugeltje vrij kwam en recht omhoogstak. ‘Heb je m heb je m’ stond Liek ongeduldig te trappelen onderaan het trappetje. ‘Mag ik m es zien?!’ ‘Nou moet ik nog oppassen ook’ zei ze en ze stapte treetje voor treetje naar beneden met in een hand de vleermuis en in de andere de zeef. ‘Tis een jonge denk ik Liek, kijk maar hij is zo klein..’. Mama legde de zeef op het bovenste plateau van de keukentrap. ‘Hoe kom jij nou hier
verzeild?’ zei mama tegen het beestje. Angelique stak voorzichtig haar hand uit
om het vleugeltje aan te raken, maar de eigenaar van die vleugel was het er
niet mee eens! ‘Kijk maar uit, kom, we gaan m terug naar z’n moeder sturen’ zei
mama.
Samen liepen ze de gang door naar de keuken en Liek zette de deur open zodat ze met z’n tweeën naar de achterkant van het huis konden lopen om de vleermuis aan de rand van het bos, net voor het houten hekje vrij te laten. Ze kwamen aan bij het hek en mama leunde met haar heupen tegen het hek. Ze had m met twee handen vast en nog steeds in de theedoek en zei ‘nou beessie, terug naar je moeder!! Met kracht bracht ze haar handen recht omhoog en liet bovenaan de vleermuis los. Meteen reageerde het beestje hierop door op het hoogste punt toen hij los was, meteen een spurt te maken om zo snel mogelijk, zo ver mogelijk met hier en daar een duik en een wenteling bij hen vandaan te vliegen. ‘Daar
gaat ie’ zei mama en ze keken hem nog even na. ‘Daaag vogel’ zei Liek.
Ze draaiden zich om en liepen samen terug.. Angelique liep voorop, en toen ze op het derde
treetje stond van het trappetje wat naar de keukendeur leidde draaide ze zich met een grijns om en zei ze tegen mama ‘dat deed je trouwens leuk dat gooien, kan je dat met mij ook eens doen?’ ‘Kom sodemieter op’ zei mama met zo’n zelfde grijns en duwde Liek de keuken in ..
